Amendement m.b.t. wijziging strategie muskus- en beverrattenbestrijding
Inzet preventie maatregelen
Amendement m.b.t. wijziging strategie muskus- en beverrattenbestrijding
Het Algemeen Bestuur van Waterschap Amstel, Gooi en Vecht in vergadering bijeen op 29 mei 2019, vanwege besluitvorming over de Standpuntbepaling muskusrattenbeheer t.b.v. de ledenvergadering van de Unie van Waterschappen.
Constaterende dat:
1. op 14 juni de ledenvergadering van de Unie van Waterschappen besluit over het voorstel van de Commissie Muskus- en Beverratten om het doel van de muskusratbestrijding te wijzigen van ‘onder controle’ naar ‘terugdringen tot aan de landsgrens’;
2. op 29 mei de tekst van de (concept) beleidsvisie voor het muskusrattenbeheer van het DB van ons waterschap, welke ten grondslag ligt aan de standpuntbepaling van 14 juni, nog niet gereed is;
3. het AB van waterschap Amstel, Gooi en Vecht gevraagd wordt om haar standpunt over dit voorstel van de Commissie Muskus- en Beverratten;
4. er in het unaniem gesteunde amendement van 21 juni 2017 van Water Natuurlijk, VVD, PvdA en Natuurterreinen, werd besloten tot een onderbouwing en uitwerking van o.a.; de consequenties van de veldproef uitgewerkt in een nieuwe strategie (punt a), de vermeden schadekosten door muskusratten te bestrijden (punt b), en de zin en onzin van preventieve maatregelen (punt c);
5. met het rapport ‘Toekomst van het muskusrattenbeheer in Nederland’ aan punt a, b en c van dit amendement van 21 juni 2017 niet tegemoet is gekomen;
6. de Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA) zeer recent, namelijk in maart dit jaar, een onderzoek is gestart in opdracht van onder andere Waternet, Waterschap Rivierenland en het Gebiedsakkoord Oostelijke Vechtplassen, naar mogelijkheden om de negatieve gevolgen van de kreeften te verminderen of te stoppen, omdat deze mogelijkheden er op dit moment niet zijn en wegvangen niet succesvol is gebleken; 1
7. op 8 april 2019 in de European Journal of Wildlife Research een artikel is gepubliceerd, ‘Evidence for the effectiveness of controlling muskrat populations by trapping’, waarin is geconcludeerd dat met grote investeringen de populatie zal afnemen maar dat er nog steeds onvoldoende goede informatie beschikbaar is over alternatieven en de daarbij horende kosten-baten analyse;2
8. in het voorliggende bestuursvoorstel ‘Besluitvorming landelijke strategie muskusrattenbestrijding’ (BBV19.0161) onderzoek naar preventieve maatregelen alleen plaatsvindt wanneer sprake is van - niet nader gedefinieerde - hotspots;
Overwegende dat:
1. preventieve maatregelen onvoldoende zijn onderzocht, zoals ook gesteld door de Dierenbescherming e.a. in haar brief van 7 februari 2019 aan de Waterschapsbesturen, onder punt 3;
2. daarmee de kosten voor preventie – namelijk het graafwerend maken van onze dijken - tot op heden nog steeds niet in kaart zijn gebracht;
3. kosten voor preventieve beheermaatregelen in het rapport ‘Toekomst van muskusrattenbeheer in Nederland’ op pagina 66 en 67 volledig op het conto van de muskusratten zijn gezet terwijl er sowieso kosten voor beheer moeten worden gemaakt, waardoor een onwaar beeld wordt geschetst van de kosten t.a.v. preventieve maatregen omwille van alleen de muskusratten;
4. er naast de muskusrat meer gravende dieren zijn, zoals de (Amerikaanse) rivierkreeft, vos, bever, hond, konijn, mol, bruine rat en karper;
5. de kosten van volledige uitroeiing van de muskusrat tot aan de landgrens nooit eindig zullen zijn, vanwege het voorbestaan van deze soort aan onze landsgrenzen, als ook in natuurgebieden;
6. schadeherstel en preventieve maatregelen aan keringen sowieso noodzakelijk zijn vanwege lopend onderhoud en schade veroorzaakt door water en andere gravende dieren;
7. resultaten uit het onderzoek uitgevoerd door de STOWA pas eind december 2019 verwacht worden, waaruit mogelijk volgt dat maatregelen tegen graafschade door de muskusrat en de rivierkreeft kunnen overlappen;
8. naar aanleiding van de Reactienota van de Unie van Waterschappen ‘reacties op bestrijdingsstrategie muskusratten’ op pagina 2 onder punt 3, de aanbeveling aan de waterbeheerders wordt gedaan om bij nieuwbouw en herstel van waterkeringen een graafwering tegen exoten en inheemse soorten in te graven.
Besluit:
Het besluitpunt:
‘Zelf actief inzetten op preventieve maatregelen op hotspots en de effecten daarvan monitoren.’
Te wijzigen in:
‘Actief inzetten op preventieve maatregelen, in samenwerking met andere waterschappen - waaronder tenminste waterschap Rivierenland – en de effecten daarvan adequaat monitoren, waarbij een tweejaarlijkse voortgangsrapportage aan het AB wordt overlegd.’
en de rest van het bestuursvoorstel overeenkomstig aan te passen.
En gaat over tot de orde van de dag!
Status
Ingediend
Voor
Tegen
Lees onze andere moties
Motie over 'huisbank' ING
Lees verderMuskusratten - overname advies UvW graafwering
Lees verder